Om de trainingen goed te laten verlopen is het belangrijk dat de zwemmers weten wat ze moeten doen voor, tijdens en na de trainingen. Daarom hebben wij (de trainers) een trainingsreglement opgesteld voor de zwemmers én voor de ouders. Iedereen dient zich aan dit reglement te houden.

Voor de zwemmers

• De zwemmers moeten 10 minuten voor aanvang van de training omgekleed zijn.
• Zorg dat je voor aanvang van de training naar de WC bent geweest.
• Gezamenlijke warming-up voor iedere training, gegeven door een trainer aan de badrand.
• Na de warming-up verzamelen de zwemmers zich bij hun trainer
• De zwemmers luisteren naar de uitleg van het programma
• Tijdens de training is het dragen van een badmuts verplicht. 
• Meisjes met zeilbootdiploma en hogere niveau’s moeten twee keer per week komen trainen
• Wanneer je tijdens de training naar de WC moet, vraag dit aan de trainer.
• Wanneer een zwemmer niet kan komen trainen dan moet hij of zij zich afmelden bij één van de trainers
• Als er sprake is van een blessure, meld dit aan de trainer. Deze kan er dan rekening mee houden in de training.
• Een training is een training, het is geen wedstrijd. Je leert er je techniek en conditie verbeteren.
• Het liefst twee uur voor aanvang van de training eten.
• Zorg dat je badslippers draagt, dit i.v.m. hygiëne en zwemmerseczeem.
• Als je vragen hebt voor of na de training, ga dan gerust naar je trainer toe.

Voor de ouders

• Ouders mogen tijdens de trainingen op de tribune kijken.
• Tijdens de trainingen niet over het bordes leunen en/of de aandacht trekken van de zwemmers.
  Dit verstoort de aandacht van de kinderen en wordt als hinderlijk ervaren door de trainers.
• Voor vragen aan de trainers is er tijd na de training, niet voor of tijdens de training.
  De aandacht is dan voor de zwemmers.
• Indien er iets speciaals is met een kind, wat de trainer hoort te weten, mag dit natuurlijk wel voor de training gemeld worden.
  Ook blessures horen we graag van u.

Hieronder wordt beschreven wat je ongeveer leert naarmate je verder komt in het sycnhroonzwemmen.

1) Aanloop
Als je met synchroonzwemmen begint kom je eerst in de aanloopgroep. Hiervoor moet je je A- en B-diploma hebben. De bewegingen, houdingen en andere vaardigheden die je hier leert bereiden ze voor op het echte wedstrijdniveau. Zolang je in de aanloopgroep zit doe je mee met miniregiowedstrijden en diplomazwemmen. Er zijn miniregiowedstrijden voor figuren en voor uitvoeringen. Bij het diplomazwemmen moet je een vast aantal bewegingen, houdingen en figuren laten zien en wordt je lenigheid gemeten.

Basishoudingdiploma
Je begint met het basishoudingdiploma. Hier leer je onder andere drijven op je borst en op je rug, stuwen (jezelf voortbewegen met alleen je handen terwijl je gestrekt in het water ligt), eggbeaten (een soort watertrappelen) en verschillende zwemslagen op muziek zwemmen. Je leert ook de spagaat, maar je hoeft nog niet verder te kunnen dan 25 centimeter boven de grond.

Zeilbootdiploma
Voor het zeilbootdiploma leer je, zoals de naam al zegt, het figuur ‘de zeilboot’. Hierbij lig je op je rug en breng je de hiel van je ene been tegen de knie van je andere been. Zo vormt je been een soort zeilbootvorm. Ook leer je bijvoorbeeld stuwen terwijl je op je buik ligt. De spagaat wordt nu iets moeilijker: je mag nu maximaal 10 centimeter van de grond af zitten.

Balletbeendiploma
Bij dit diploma leer je het figuur de ‘balletbeen’. Dit figuur begint als de zeilboot, maar gaat nog iets verder: als je de zeilboot gemaakt hebt strek je je been helemaal omhoog. Je spagaat moet voor dit diploma helemaal plat zijn.

Spagaatdiploma
Bij de vorige diploma’s heb je de spagaat steeds een stukje verder geoefend. Voor dit diploma komen de split en de ‘cobra’ erbij. Bij de cobra begin je liggend op je buik op de grond en breng je je bovenlichaam zo ver mogelijk omhoog en naar achteren. De figuren worden ook weer iets moeilijker.

Barracudadiploma
Dit is het laatste diploma: als je het barracudadiploma gehaald hebt mag je door naar het wedstrijdniveau. Je leert onder andere ingewikkelder figuren waarbij je ook een deel onder water bent.

2) Age I en Age II
Dit is het eerste wedstrijdniveau. Je kunt in de categorie Age I zwemmen tot je 12 jaar bent, en in Age II tot je 15 bent. Als Age I’er of Age II’er kun je ook naar de Synchrobeat, het nationale kampioenschap voor Age I en Age II. Hiervoor moet je op twee figurenwedstrijden wel een bepaald aantal punten halen.

3) Junioren
Als junior kun je meedoen met de NJK, de Nederlandse Junioren Kampioenschappen. je bent officieel junior tot 18 jaar.

4) Senioren
Dit is het hoogste niveau; hier zwemmen de zwemsters vanaf 18 jaar. Je kunt als senior deelnemen aan het NK Synchroonzwemmen.

5) En wie weet Nederlands kampioen:)?

De clubkleding is te bestellen via Sportemotion via de volgende link: